Waarheid

Sacca

Een korte synthese van de gehele Leer van het boeddhisme.

sacca

'Waarheid'; 'realiteit'.

A. Inzake de twee niveaus van waarheid, zie paramattha.

B. 'De vier Edele Waarheden' (cattari ariya sacca) zijn de kortste synthese van de gehele Leer van het boeddhisme, omdat al die vele leerstellingen van de drievoudige Ti Pitaka daarin zijn opgenomen. Het is: 1. de waarheid van het lijden (dukkha); 2. de oorzaak (samudaya) van het lijden; 3. het ophouden (nirodha) van het lijden; 4. het Achtvoudige Pad (ariya atthangika magga) dat leidt tot het ophouden van het lijden.

De eerste waarheid leert dat alle vormen van bestaan onbevredigend zijn en onderhevig zijn aan lijden (dukkha).

De tweede waarheid leert dat al het lijden voortkomt uit begeerte (tanha). (Begeerte is niet de enige oorzaak, maar de hoofdoorzaak.)

De derde waarheid leert dat het ophouden van begeerte noodzakelijkerwijs resulteert in het ophouden (nirodha) van lijden, d.w.z. Nibbana.

De vierde waarheid, die van het Achtvoudige Pad (magga), levert de middelen waarmee het ophouden van lijden wordt verwerkelijkt.

In de eerste toespraak van de Boeddha, S56-011 — Dhamma Cakka Ppavattana Sutta — Het in beweging zetten van het Wiel der Wet, zegt hij dat de 1e waarheid (het lijden) volledig begrepen moet worden; de 2e waarheid (de begeerte) uitgerukt moet worden; de 3e waarheid (het ophouden (Nibbana)) verwerkelijkt moet worden; de 4e waarheid (het Pad) ontwikkeld moet worden. Zie de eindnoot drie aspecten in S56-011 voor nadere toelichting.

"De waarheid van het lijden moet worden vergeleken met een ziekte, de waarheid van de oorzaak van het lijden met de oorzaak van de ziekte, de waarheid van het ophouden van het lijden met de genezing van de ziekte, de waarheid van het Pad met het medicijn." Vis 16

In de ultieme zin (paramattha sacca) moeten al deze 4 waarheden worden beschouwd als leeg van een zelf (atta), omdat er geen persoon is (in de zin van een onveranderlijke entiteit) die voelt, geen persoon is die doet, geen persoon is die bevrijd is, er niet een persoon is die het pad volgt. In alle zuivere acties is er geen persoon, geen idee van 'ik', van 'zelf' aanwezig. Daarom wordt er gezegd:

'Er is slechts lijden, maar er wordt geen lijder gevonden.
De daad is er, maar er is geen dader van de daad.
Nibbana is er, maar niet de mens die erin gaat.
Het pad is er, maar er is geen reiziger op te zien.'

'De eerste waarheid en de tweede waarheid zijn leeg,
van duurzaamheid, vreugde, van zelf en schoonheid.
Het Doodloze Rijk is leeg van een ego,
en zonder duurzaamheid, zonder vreugde en zelf, zonder het pad.'

Vis 16

In de laatste regel uit bovenstaand vers uit Vis zal de commentator met 'vreugde' (piti) bedoelen. Deze factor is geconditioneerd, het is een jhana-factor (jhananga). Met het Doodloze Rijk wordt Nibbana bedoeld oftewel 'de onsterfelijke staat' (amatam padam). Daar is geen duurzaamheid omdat daar ook geen sprake is van opkomen (uppada) en vergaan (vaya). Er is nergens sprake van duurzaamheid.

Er moet op gewezen worden dat de eerste waarheid niet alleen verwijst naar het actuele lijden, d.w.z. naar het lijden als gevoel, maar dat zij laat zien dat, als gevolg van de universele wet van vergankelijkheid, alle verschijnselen van het bestaan, zelfs de subliemste staten van bestaan, onderhevig zijn aan verandering en ontbinding, en daarom ellendig en onbevredigend zijn; en dat ze dus, zonder uitzondering, allemaal de kiem van het lijden in zich dragen.

Met betrekking tot de ware aard van het pad, zie magga.

Extra aanbevelingen

Document info
RegID 9DQ3DO9wGGVnFqb
Bijgewerkt 14 oktober 2023 10:23:26
Auteur Peter van Loosbroek — Ananda
Locatie www.sleuteltotinzicht.nl
Copyright Zie a.u.b. copyright www.sleuteltotinzicht.nl/glb_copyright.htm
Overig Geen