Parinibbana — 1
Pathamaparinibbana Sutta
Het ongeconditioneerde Nibbana.
Aldus heb ik gehoord. Eens verbleef de Gezegende nabij Savatthi in het Jetavana, het park van Anathapindika. Op dat moment onderwees, verkwikte, inspireerde, en verblijdde de Heer de monniken met een gesprek over de Dhamma met betrekking tot Nibbana. En die monniken, die ontvankelijk waren, oplettend en hun hele geest concentreerden, waren verlangend om naar de Dhamma te luisteren.
Toen, zich de betekenis ervan realiserend, uitte de Heer bij die gelegenheid deze inspirerende uitspraak:
Er is, monniken, een staat waar geen aarde, geen water, geen vuur, geen lucht is;
geen basis voor het bestaan van de oneindigheid van ruimte,
geen basis voor het bestaan van de oneindigheid van bewustzijn,
geen basis voor het bestaan van de oneindigheid van niets-heid,
geen basis voor het bestaan van noch waarnemen noch niet waarnemen;
noch deze wereld, noch een andere wereld, noch beiden:
noch zon noch maan[1].
Hier, monniken, zeg ik, is er geen komen, geen gaan, geen staan, noch dood noch geboorte. Zonder afhankelijkheid, niet gemaakt, dit is zonder zintuiglijke objecten. Dit is inderdaad het einde van lijden."
Eindnoten
[1] De vier elementen zijn de voornaamste elementen van materie. De vier 'onstoffelijke sferen', subtielste aspecten van waarneming, kunnen ervaren worden in het meest gevorderde stadium van meditatie, maar zijn nog steeds 'werelds' en anders dan Nibbana. 'Zon en maan' kan men beschouwen als het algehele fysieke universum.
RegID | Ud8-01 |
---|---|
Bijgewerkt | 22 juni 2020 09:27:12 |
Auteur | Peter van Loosbroek — Ananda |
Locatie | www.sleuteltotinzicht.nl |
Copyright | Zie a.u.b. copyright www.sleuteltotinzicht.nl/glb_copyright.htm |
Overig | Geen |