De grotere oorzaken van twiststrijd
Maha Viyuha Sutta
De wijze conformeert zich niet aan de meningen in de wereld. Hij leeft onafhankelijk hiervan en grijpt zich nergens in de wereld aan vast.
895. Zij die hun meningen (ditthi) aanhangen, redentwisten 'dit alleen is de waarheid', roepen hierdoor verwijten over zich af of verkrijgen lof.
896. Het resultaat van lof is onbeduidend en niet genoeg voor het verkrijgen van kalmte. Ik zeg dat er twee resultaten zijn van geredetwist[1]. Na dit te hebben begrepen, laat niemand redetwisten en Nibbana realiseren waar geen geredetwist is.
897. De wijze (muni) omarmd niet al die opvattingen (ditthi) die zijn ontstaan onder wereldse mensen (puthujjana) [2]. Zou hij, die vrij is van meningen (ditthi) genoegen nemen met wat is gezien en gehoord en daar afhankelijk (nissito) van blijven?
898. Zij die morele oefeningen als het hoogste beschouwen, zeggen: 'Zuiverheid komt vanwege beheersing[3]. Laten we, nadat we een heilige oefening hebben aangenomen, erin oefenen waar zuiverheid vandaan komt.' Maar deze zogenaamde experts zijn nog steeds ondergedompeld in samsara.
899. Als hij tekort schiet in moreel gedrag en heilige oefeningen, beeft hij en faalt hij in zijn methode. Hij verlangt hier naar zuiverheid zoals een reiziger die zijn karavaan heeft verloren terwijl hij ver van huis is.
900. Nadat hij formele religieuze oefeningen heeft verlaten, samen met (ideeën van) daden 'goed' en 'slecht', noch verlangt naar 'zuiverheid' noch naar 'onzuiverheid', neemt hij hier afstand van en onthoudt hij zich van beide, zonder zich aan een van beide extremen te houden.
901. Het beoefenen van walgelijke boetedoeningen of het aanhangen van wat is gezien, gehoord of gedacht, prijzen zij zuiverheid met verheven stem, maar zij zijn niet vrij van begeerte (tanha) en terugkerend bestaan (bhava).
902. Voor hem die verlangt, nemen verlangens toe. Hij is angstig (bhaya), is begoocheld (moha) door denkbeeldige opvattingen (ditthi). Maar voor hem die dood en geboorte overwonnen heeft, waarom zou hij angstig zijn en waar zou hij nog naar verlangen?
903. Wat de één beschouwt als de hoogste opvatting (ditthi) beschouwen anderen als waardeloos. Zij beweren allemaal experts te zijn. Maar wie van hen heeft het inderdaad bij het rechte eind?
904. Elk van hen beweert dat zijn mening perfect is en dat het geloof van anderen ondergeschikt is. Zo verwikkelen zij in twistgesprekken en elk van hen zegt dat zijn mening de waarheid is.
905. Als een mening (ditthi) waardeloos wordt omdat die door anderen wordt gecensureerd, dan zal niemand worden onderscheiden omdat iedereen de mening van een ander stellig als ondergeschikt beschouwt, terwijl hij die van zichzelf als waar beschouwt.
906. Precies zoals zij hun eigen meningen prijzen, zo prijzen zij hun eigen methoden. Maar zo zouden al hun leerstellingen (ditthi) waar zijn, want volgens elk van hen zijn zij zelf zuiver.
907. De brahmaan (arahat) heeft niets dat geleid wordt door anderen, hij grijpt niets vast na onderzoek van meningen (ditthi). Daarom houdt hij zich verre van twistgesprekken, want hij ziet kennis van een leerstelling (die voor elke andere leerstelling weer een andere mentale staat vertegenwoordigt) niet als de beste mentale staat (zie dhammamaññam).
908. 'Ik weet en zie, zo is het gewoon.' Dit zeggende, beweren sommigen zuiverheid vanwege die mening. Wat heeft het voor zin om te zeggen dat men (de waarheid) heeft 'gezien' als er rivaliserende standpunten (die dat allemaal beweren) naar voren worden gebracht?
909. Een mens ziet geest en lichaam (nama rupa) en nadat gezien te hebben beschouwd hij dit als onvergankelijk. Of hij hier nu veel of weinig van heeft begrepen, een ervaren persoon zegt niet dat zuiverheid hiermee verband houdt[4].
910. Het is niet makkelijk degenen te disciplineren die dogma's aanhangen en zeggen dat dat de waarheid is wanneer zij door meningen misleid zijn. Zeggende dat het goede te vinden is in zulke perceptie, is hij geneigd te zeggen dat zuiverheid inherent is zoals hij het heeft gezien.
911. De brahmaan (arahat) die evaluerend is, gaat geen twistgesprekken aan. Hij conformeert zich niet aan meningen en is zelfs niet gebonden aan kennis (zie ñana bandhu). Op basis van wat hij weet over verscheidene theorieën die van werelds (lokiya) niveau zijn, blijft hij hieromtrent gelijkmoedig (upekkha) terwijl anderen er zich aan vastklampen.
912. De wijze (muni) die bevrijd is van wereldse banden, neemt geen deel aan het gekibbel. Vanwege gelijkmoedigheid (upekkha) is hij vreedzaam onder de rustelozen. Hij is zonder vastgrijpen en tot ware kennis (vijañana) gekomen.
913. Nadat hij eerdere bezoedelingen (asava) heeft verlaten, en geen nieuwe teweeggebracht heeft, niet geleid wordt door persoonlijke voorkeuren, noch verankerd is in zijn (eigen) leer[5] — is hij vrij van sofistische leerstellingen (ditthi). Omdat hij wijs is, conformeert hij zich niet aan de wereld, noch roept hij verwijten over zichzelf af.
914. Door het overwinnen van alle theorieën — gezien, gehoord of gedacht — is hij een wijze die zijn last heeft neergelegd en is hij volledig bevrijd. Er zijn geen denkbeeldige meningen, geen enkel verlangen, zo zei de Boeddha.
Eindnoten
[1] De twee resultaten zijn overwinning en verslagenheid.
[2] Een wijze is vrij van de bezoedeling van meningen (ditthasava) hetgeen één van de hoofdbezoedelingen (asava) is.
[3] Hier worden de extreme walgelijke oefeningen bedoeld die vroeger en ook nu nog in India worden uitgevoerd. Om die te beheersen gaan de beoefenaars ervan uit dat hierdoor zuiverheid (dat naar bevrijding moet leiden) verkregen wordt.
[4] Ten eerste zijn mentale en fysieke fenomenen niet onvergankelijk maar vergankelijk, en ten tweede is veel meer kennis nodig.
RegID | Snp4-13 |
---|---|
Bijgewerkt | 31 juli 2021 17:20:57 |
Auteur | Peter van Loosbroek — Ananda |
Locatie | www.sleuteltotinzicht.nl |
Copyright | Zie a.u.b. copyright www.sleuteltotinzicht.nl/glb_copyright.htm |
Overig | Geen |