Het absolute

Paramattha

In het boeddhisme wordt gesproken over een conventionele realiteit en de absolute of verheven realiteit.

paramattha

'Absolute realiteit'; 'verheven realiteit'.

Paramattha is een samenvoeging van parama + attha.

De Abhidhamma spreekt over twee realiteiten: de conventionele realiteit (vohara sacca), ook wel (sammuti sacca) genoemd, en de absolute of verheven realiteit (paramattha sacca).

In het kort komt het hier op neer:

In de conventionele realiteit (vohara sacca) spreken we over een wezen, over 'ik'. Dan kunnen we zeggen: 'Dit is mijn huis.' Dit is een conventionele aanduiding (vohara vacana). Maar in de absolute werkelijkheid (paramattha sacca) zijn er slechts vijf groepen van hechten (pañca upadana kkhandha) en is er geen blijvend of onveranderlijk 'ik' (of wat dan ook) te bespeuren. Zie ook puggala.

De Boeddha gebruikte bij het uitleggen van zijn Leer soms conventionele taal en soms de filosofische manier van expressie die in overeenstemming is met een alles doordringend inzicht (appamana vipassana) in de werkelijkheid. In die ultieme zin is het bestaan slechts een proces van fysieke en mentale verschijnselen waarin, of waarachter, geen echte ego-entiteit of enige blijvende substantie ooit kan worden gevonden. Dus wanneer de sutta's spreken over man, vrouw of persoon, of over de wedergeboorte van een wezen, moet dit niet worden opgevat als geldig in de ultieme zin, maar als een louter conventionele manier van spreken (vohara vacana).

Het is een van de belangrijkste kenmerken van de Abhidhamma Pitaka, in tegenstelling tot het grootste deel van de Sutta Pitaka, dat het geen conventionele taal gebruikt, maar alleen betrekking heeft op ultieme of realiteiten in de hoogste zin (paramattha dhamma). Maar ook in de Sutta Pitaka zijn er veel uiteenzettingen in termen van ultieme taal (paramattha desana), namelijk waar deze teksten gaan over de groepen (khandha), elementen (dhatu) of zintuig bases (ayatana), en hun componenten; en overal waar de drie kenmerken (ti lakkhana) worden toegepast. De meerderheid van de Sutta-teksten gebruikt echter de conventionele taal, zoals passend in een praktische of ethische context, omdat het 'niet juist zou zijn om te zeggen dat 'de groepen' (khandha) schaamte voelen, etc.'

Er moet echter worden opgemerkt dat ook uitspraken van de Boeddha, geformuleerd in conventionele taal, 'waarheid' (vohara sacca) worden genoemd, correct zijn op hun eigen niveau, wat niet in tegenspraak is met het feit dat dergelijke uitspraken uiteindelijk verwijzen naar vergankelijke en onpersoonlijke processen.

De twee waarheden — ultiem en conventioneel — komen in die vorm alleen in de commentaren voor, maar worden geïmpliceerd in een sutta-onderscheid van 'expliciete (of directe) betekenis' (nitattha dhamma) en 'impliciete betekenis (af te leiden)' (neyyattha dhamma). Verder noemde de Boeddha herhaaldelijk zijn bedenkingen bij het gebruik van conventionele spraak, bijvoorbeeld in D09: "Dit zijn slechts namen, uitdrukkingen, wendingen van spraak, aanduidingen die algemeen worden gebruikt in de wereld, die de Tathagata gebruikt zonder ze verkeerd te begrijpen." Zie S01-025.

De term paramattha, in de hier gebruikte betekenis, komt voor in het eerste lid van de Kath.

Extra aanbevelingen

Document info
RegID MvbsnHVYhKNxV4w
Bijgewerkt 16 april 2023 00:36:15
Auteur Peter van Loosbroek — Ananda
Locatie www.sleuteltotinzicht.nl
Copyright Zie a.u.b. copyright www.sleuteltotinzicht.nl/glb_copyright.htm
Overig Geen