Definitie Nibbana
Nibbana is het hoogste doel van alle boeddhistische aspiraties. In tegenstelling tot het geconditioneerde (het bestaan) is Nibbana het ongeconditioneerde.
Definitie Nibbana
Nibbana betekent letterlijk: 'uitblussing'; overeenkomstig de commentaren 'vrijheid van begeerte'. Nibbana is de ware natuur van de mens en het hoogste doel van alle boeddhistische aspiraties — dat wil zeggen, absolute uitblussing van de zich aan het leven verankerende wil, welke zich manifesteert als hebzucht, haat en begoocheling, en het krampachtige hechten aan het bestaan. Daarmee is het de verheven en absolute bevrijding van alle toekomstige geboorten, ouderdom, ziekte en dood. Het is de bevrijding van alle lijden en ellende.
In het Pali wordt nooit gesproken over 'het Nibbana binnengaan' of er 'naar toe gaan' omdat er, als een verlicht mens sterft, niet een wezen is dat Nibbana binnengaat of er naar toe gaat. Na de dood van een verlicht persoon kan er over hem niets meer worden gezegd dat nog enige betekenis heeft, omdat er in zo'n geval van uitblussing geen spoor meer van 'ik' is.
Het is niet correct te denken dat Nibbana het natuurlijke resultaat is van de uitblussing van hunkering. Nibbana is niet een resultaat van iets. Als het een resultaat van iets zou zijn, zou het een gevolg, een effect zijn dat door een oorzaak voortgebracht werd. Het zou sankhata, 'voortgebracht', 'geconditioneerd' zijn. Maar Nibbana is het ongeconditioneerde (asankhata). Nibbana is noch oorzaak noch gevolg. Het is voorbij oorzaak en gevolg. Waarheid is niet een resultaat of een effect van iets. Het is niet geproduceerd als een mystieke, spirituele mentale staat, als jhana of samadhi.
De volledige uitblussing van bezoedelingen (kilesa parinibbana), ook wel genoemd sa upadi sesa nibbana, zie It041, dat wil zeggen, 'Nibbana met de groepen van het bestaan (de khandha's) nog resterend', (zie upadi). Dit vindt plaats tijdens de verwerving van arahatschap, oftewel perfecte heiligheid. Zie ariya puggala.
De volledige uitblussing van de groepen van het bestaan (khandha parinibbana), ook genoemd an upadi sesa nibbana, zie It041; A04-118, dat wil zeggen, 'Nibbana zonder de groepen resterend', in andere woorden: 'het tot rust komen', of nog beter, 'het niet meer continueren' van dit fysiek-mentale proces van bestaan. Dit vindt plaats op het moment van de dood van een arahat.
Andere woorden waarmee Nibbana aangeduid wordt, zijn: Veiligheid (Khemam); Het Ongeconditioneerde of Het Absolute (Asankhata); Zuiverheid (Suddhi); Verheven (Panitam); Vrede (Santi); Bevrijding (Vimutti); de Onveranderlijke Plaats (Accutam thanam).
Laten we een paar definities en beschrijvingen van Nibbana onder de loep nemen zoals die in de originele Pali teksten gevonden worden:
"Het is de volledige opheffing van die enorme dorst (tanha), het opgeven, het verzaken, het er vrij van zijn, de onthechting ervan."
"Het tot rust brengen van alle opkomende dingen, het opgeven van alle bezoedelingen, uitdoving van 'dorst/begeerte', onthechting, opheffing, Nibbana."
"Monniken, wat is het Absolute (Asankhata), het ongeconditioneerde? Monniken, het is de uitblussing van begeerte (ragakkhayo), de uitblussing van haat (dosakkhayo), de uitblussing van illusie (mohakkhayo). Dit, monniken, wordt het Absolute genoemd." S38-001.
"Radha, de uitblussing van 'dorst' (tanhakkhayo) is Nibbana."
"Monniken, wat er ook is, geconditioneerde of ongeconditioneerde dingen, onthechting (viraga) is van al die dingen het allerhoogst."
"Dat betekent vrijheid van verwaandheid en eigendunk, vernietiging van dorst, de ontworteling van gehechtheid, het doorkappen van het continueren, de uitblussing van dorst en gehechtheid, opheffing, Nibbana."
"Hier hebben de vier elementen van vastheid, vloeibaarheid, temperatuur en ruimte geen plaats; de noties van lengte en breedte, het subtiele en het grove, goed en kwaad, geest en lichaam zijn alle tezamen vernietigd; noch deze wereld noch de andere, noch komen, gaan of staan, noch dood noch geboorte, noch zintuiglijke objecten worden er aangetroffen."
"Er is, monniken, een staat waar geen aarde, geen water, geen vuur, geen lucht is (dhatu); geen basis voor het bestaan van de oneindigheid van ruimte, geen basis voor het bestaan van de oneindigheid van bewustzijn, geen basis voor het bestaan van de oneindigheid van niets-heid, geen basis voor het bestaan van noch waarnemen noch niet waarnemen; noch deze wereld, noch een andere wereld, noch beiden: noch zon noch maan."
"Hier, monniken, zeg ik, is er geen komen, geen gaan, geen staan, noch dood noch geboorte. Zonder afhankelijkheid, niet gemaakt, dit is zonder zintuiglijke objecten. Dit is inderdaad het einde van lijden." Ud8-01.
"Het ongekunstelde is moeilijk te zien, de waarheid is niet makkelijk te zien; hunkering wordt doorgrond door hem die weet, er is geen hindernis voor hem die ziet." Ud8-02.
"Er is, monniken, het niet-geborene, het niet-gewordene, het niet-geschapene, het niet-gevormde. Als, monniken, dit niet-geborene, niet-gewordene, niet-geschapene, niet-gevormde er niet zou zijn, dan zou hier geen ontkomen aan het geborene, het gewordene, het geschapene, het gevormde te bespeuren zijn. Maar omdat het niet-geborene, het niet-gewordene, het niet-geschapene, het niet-gevormde er is, is het mogelijk een ontkomen aan het geborene, het gewordene, het geschapene, het gevormde te bespeuren." Ud8-03.
"Voor wie zich ergens aan vastklampt is er instabiliteit, wie zich nergens aan vastklampt is er geen instabiliteit; als er geen instabiliteit is, is er sereniteit; als er sereniteit is, is er geen ondergeschiktheid: als er geen ondergeschiktheid is, is er geen komen en gaan; als er geen komen en gaan is, is er geen dood en geboorte; als er geen overlijden en geboorte is, is er noch 'hier' noch 'voorbij' noch 'tussen de twee'. Dit is eenvoudigweg het einde van lijden." Ud8-04.
"In vervoering gebracht door begeerte (raga), woedend door haat (dosa), verblindt door begoocheling (moha), overstelpt, met een verstrikte geest, brengt dit een mens tot zijn eigen verwoesting, de verwoesting van anderen, de verwoesting van beiden, en ervaart hij mentaal lijden en verdriet. Maar als begeerte, haat en begoocheling zijn opgegeven, brengt dit een mens noch tot zijn eigen verwoesting, noch tot de verwoesting van anderen, en ervaart hij geen mentaal lijden en verdriet. Zo is Nibbana zichtbaar in dit leven, onmiddellijk, uitnodigend, aantrekkelijk, en begrijpelijk voor de wijzen." A03-032.
"Dit, monniken, is waarlijk de vrede, dit is het hoogste, namelijk het einde van alle formaties, het verzaken van ieder substratum voor wedergeboorte, het verwelken van begeerte, gehechtheid, uitblussing, Nibbana." A03-032.
"Net zoals de wind een stevige rotsblok niet in beweging brengt, zo kunnen noch zichtbare objecten, noch geluiden, noch geuren, noch smaken, noch tastbare dingen, noch het begeerde noch het niet-begeerde (van de geest), iemand van zulk een karakter aan het wankelen brengen. Zijn geest is gelijkmoedig; bevrijding is verworven." A06-055.
RegID | n8rMMqgQtVvR7c7 |
---|---|
Bijgewerkt | 24 november 2020 23:08:42 |
Auteur | Peter van Loosbroek — Ananda |
Locatie | www.sleuteltotinzicht.nl |
Copyright | Zie a.u.b. copyright www.sleuteltotinzicht.nl/glb_copyright.htm |
Overig | Geen |